Literatuur
- Jellema, R. & M.C.A. Meischke & J.A. Muller (red.), Bouwkunde. Leerboek voor het middelbaar technisch onderwijs, deel 1. Delft (Waltman), z.j. [1952]5e druk. [452 blz. ISBN -]. Hierin "Spanjolet": blz. 242 ("Pomespanjolet", tekening doorsnede met hendel met halfrond rondsel en één heugel), 243 ("De spanjolet of espanjolet wordt het meest gebruikt voor het sluiten van dubbele deuren of vensters. Met een kruk, fig. 242-2, of een knop, fig. 242-3, worden via rondsel en heugel, fig. 242-2 en 244-1, de schieters verschoven. Aan de onderste schieter kan ook nog een sluitboompje bevestigd zijn, fig. 244-1, dat dan in een haak van de andere deur grijpt. Voor naar binnen draaiende deuren gebruiken we wel een spanjolet met een doorgaande schieter, fig. 242-2, die dan van boven haakvormig is. De eenvoudige sluitplaat, fig. 244-2, wordt wel vervangen door de sluitkap, fig. 242-2 en 244-3; hierbij wordt de deur stijf in de sponning gedrukt, als de schieter van onder schuin is afgewerkt. Van de geleibeugeltjes van de lange schieters kan er één als vaste trekknop, fig. 242-3, gevormd zijn [...]")
- Wattjes, J.G., Constructie van gebouwen. Deel 4: Ramen, deuren, kozijnen. Amsterdam (Kosmos), 1932voorwoord2e druk. [387 blz. ISBN -]. Hierin "Espanjolet": blz. 348-350
- Korevaar, A., & A. Bijls & M. Gout & L. Stijnen, Bouwkundige Encyclopedie. Eerste deel: A - K. Amsterdam, Brussel (Elsevier), 1954. [679 blz. ISBN -]. Hierin "Espanjoletsluiting": blz. 406-407